HE, DAT IS EDWIN (28 OKTOBER 1965)
Hij zingt jazz, tienerhits en chansons, maar wil zichzelf nog geen echte zanger noemen zolang hij nog student is. Edwin Rutten (22) beschouwt zijn psychologie-studie nog steeds als het belangrijkste, al moet hij bekennen dat hij soms zit te swingen boven zijn boeken, wat voor hem dan het sein is om even een "koel koppie" te halen, zoals hij dat plastisch noemt. Zijn naam heeft de laatste paar jaren 'n vertrouwde klank gekregen in het Nederlandse wereldje van de lichte muziek en dat is nogal verwonderlijk want Edwin is géén jongen met Edisons of gouden platen. ANDERS dan zijn meeste artistieke collega's staat hij niet avond aan avond op de planken. Slechts één keer in zijn nu vierjarige zangcarrière is hij tot Nederlands "Top Tien" doorgedrongen, namelijk met "Ik moet altijd weer opnieuw aan je denken". En juist dat was een liedje dat nauwelijks representatief voor hem geacht mag worden. Ondanks dit alles staat zijn naam toch hoog genoteerd. De reden : Edwin Rutten streeft altijd naar kwaliteit. Achter het vrolijke open gezicht met de steile blonde kuif, waarvan vele tienermeisjes maar niet genoeg kunnen krijgen, gaat enorm veel ernst schuil. Hij weet dat hij met jazz-alleen nooit aan de top zal komen en zingt daarom ook het tienerrepertoire. Maar hij bedankt ervoor de beatrage domweg na te apen. "Het gaat om een eigen stijl", zegt hij in zijn kleurige, moderne werkkamer in Amsterdam. "Het heeft geen zin om ook met je benen op de grond te stampen en jeah jeah te roepen, alleen maar omdat anderen daar sukses mee hebben. Ik moet een eigen formule vinden, zodat ze meteen zeggen : "Hé, dat is Edwin !" Om dezelfde reden verwerpt hij ook de teksten in de "Ik hou van jou"-stijl en geeft hij de voorkeur aan goede vertalingen van buitenlandse hits die net iets meer zijn dan een dreun. Hij houdt van de subtiele vertaling die Hans Andreus maakte van "A foggy day", al houdt hij, ondanks zijn streven naar "niveau" de mogelijkheden van de verkoopbaarheid nauwlettend in het oog. "Het moet mogelijk zijn ook met mijn repertoire sukses te hebben", zegt hij. "Tienerliedjes hoeven niet persé "pak-de-leuning-versjes" te zijn. Er kan best wat poëzie, wat diepgang in. Maar je moet natuurlijk niet té gecompliceerde teksten zingen. De mensen moeten na de eerste keer luisteren natuurlijk wél kunnen horen waar het over gaat". Knokke : een sof Edwin Rutten lacht als hij bekent dat het eigenlijke begin van zijn artistieke carrière een geweldige sof was. Toen hij in 1963 deel uitmaakte van de Nederlandse Knokke-ploeg had hij weliswaar enige ervaring opgedaan bij het Amsterdamse amateur-ensemble de "Gold Coast Combo" (waarvan de zoon van de Haagse dirigent Willem van Otterloo de pianist was), maar voor een grote zaal had amateur Rutten toen nog nooit gestaan. Zijn optreden aan de Belgische ook de meeste combo-leden kust werd een komplete mislukking, maar hijzelf meent dat hij van die ervaring toch veel heeft geleerd : "Ik was altijd present als in Knokke de grote gastartiesten optraden en ik zorgde er altijd bij te zijn als de andere repeteerden. Zo heb ik voor het eerst gezien hoe Patachou, Brel en Aznavour het deden !" Na Knokke drumde en zong Edwin nog vele malen bij 't Amsterdamse "Gold Coast Combo", zo genoemd naar de "Goudkust", een wijk in Amsterdam waar de "upper-ten" woont en waarvan ook de meeste leden afkomstig waren. Edwin zat toen nog op het Baerleuslyceum en blokte voor zijn staatsexamen gymnasium, al vond hij ook toen nog tijd zijn eerste platen op te nemen, "Swingin' Swayers", en later zelfs de langspeler "Takin' a chance on Edwin". Na Knokke trad hij uit de duisternis van de schoolfeestjes opnieuw in de publieke schijnwerpers toen theaterimpressario Frans van Klinkeren (die nu ook Shirley onder kontrakt heeft) hem uitnodigde voor het Sopot-festival. Edwin Rutten zong daar o.a. "Farewell to Teddy", een bewerking van een oud Pools volksliedje, en oogstte daarmee zoveel sukses dat hij één van de prijzen in de wacht sleepte. Straks Eurovisie ? Hoewel hij van Sopot geen cent mee naar huis kon nemen - al het verdiende geld moest in Polen opgemaakt worden in verband met de daar geldende deviezenbepalingen - hield hij er wel de nodige relaties van over. Hij ontmoette er tenminste de mensen die hem later uit zouden nodigen voor optredens in Zurich, Genève, Nyon, Montreux en Lausanne. En ook Polen zelf vroeg Rutten om terug te komen. Vorig jaar deed hij dat, bij welke gelegenheid hij werd uitgeroepen tot de populairste zanger uit het buitenland, terwijl er ook een plaatje van hem in Polen werd geperst. Ook daaraan zou hij niets verdienen : "Ik denk dat de Poolse komponist van dat liedje er wel wat van heeft overgehouden", zegt Edwin lachend. "Maar als buitenlander moest ik weer alleen met de eer genoegen nemen". Na al deze suksessen in den vreemde begint de ster van Edwin Rutten (hij is de zoon van de bekende filmregisseur Gerard Rutten) ook in eigen land langzaam maar zeker te schitteren. In het vorige seizoen had hij een eigen radioprogrammaatje bij de AVRO en deze omroep liet hem ook voor de televisie zingen op een groot tienerfestival in Blokker, waarvoor tevens o.a. "The Pretty Things" waren uitgenodigd. Dat Edwin Rutten, ondanks zijn bemoeiïngen met de tienermuziek, de jazz nog niet heeft afgezworen, kwam hij een paar maanden geleden nog bewijzen in het avant-gardistische AVRO-TV-programma "Hoofdstuk III". En daarmee is zijn arsenaal van muzikale wapenfeiten nog lang niet uitgeput. In België kunnen we Edwin beluisteren in het Nederlandse showtje dat maandagavond 1 november vanuit de Antwerpse Radio- en TV-salon wordt uitgezonden. UIT : HUMO***28 OKTOBER 1965 |
|||